Nieuwe KNMG-Handreiking beroepsgeheim en politie/justitie
Nieuwe KNMG-Handreiking beroepsgeheim en politie/justitie
Een patiënt brengt zijn arts op de hoogte van zijn voornemen om in het centrum van de stad een bom tot ontploffing te brengen. Mag de arts de politie inschakelen?*
Deze en andere praktische voorbeelden zijn te vinden in de nieuwe KNMG-Handreiking beroepsgeheim en politie/justitie, die op 16 februari 2012 werd gepubliceerd. De nieuwe handreiking is een herziening van de versie uit 2004.
De belangrijkste wijzigingen in de nieuwe handreiking ten opzichte van de oude versie zijn de volgende:
-
De tekst van de handreiking is geactualiseerd aan de hand van nieuwe rechtspraak en wet- en regelgeving sinds 2004.
-
In de nieuwe versie is de recente rechtspraak verwerkt van de Hoge Raad over de ‘zeer uitzonderlijke omstandigheden’ waarin het Openbaar Ministerie (OM) patiëntendossiers in beslag mag nemen bij de arts omdat de waarheidsvinding in die gevallen volgens de rechter zwaarder weegt dan het geheimhoudingsbelang (verschoningsrecht).
-
Nieuw is ook een paragraaf over de inbeslagneming van gegevens uit meldingssystemen voor Veilig Incident Melden (VIM). Het OM mag die gegevens alleen in beslag nemen als er geen andere mogelijkheid is om aan de benodigde informatie te komen.
-
De herziene versie adviseert artsen om bij een conflict van plichten aantekening te maken in het dossier van de afwegingen als die leiden tot doorbreking van het medisch beroepsgeheim. Ook als een arts concrete aanwijzingen heeft dat sprake is van een mogelijk gevaarlijke situatie, veroorzaakt door de patiënt, kan het verstandig zijn om aantekening te maken van die afwegingen, ook als het beroepsgeheim (nog) niet wordt doorbroken.
-
Verder bepaalt de herziene handreiking dat in geval van een grootschalig ongeval of ramp, artsen namen van slachtoffers, met hun uitdrukkelijke of veronderstelde toestemming, mogen verstrekken aan politie of justitie als dat nodig is om de familie of betrokken hulpdiensten te informeren over de verblijfplaats van het slachtoffer.
-
Het onderdeel kindermishandeling is uitgebreid met volwassenengeweld. Inhoudelijk is dit onderdeel zodanig gewijzigd dat de handreiking aangeeft wanneer een arts bij (een vermoeden van) kindermishandeling of volwassenengeweld op eigen initiatief informatie mag verstrekken aan de politie (bij acuut gevaar voor de veiligheid van een kind of een volwassene).
Met name na incidenten met onschuldige slachtoffers komt het medisch beroepsgeheim nogal eens onder druk te staan. De KNMG vindt echter dat een versoepeling van het medisch beroepsgeheim veel grotere risico’s voor de samenleving met zich brengt dan de gevaren die daarmee mogelijk worden voorkomen.
Het medisch beroepsgeheim is juist bedoeld om de vrije toegang tot de gezondheidszorg voor een ieder te waarborgen. De wetgever heeft de principiële keuze gemaakt door in het Wetboek van Strafvordering het beroepsgeheim (verschoningsrecht) voor artsen te erkennen, waardoor een arts niet verplicht is mee te werken aan de waarheidsvinding.
Het medisch beroepsgeheim is echter niet absoluut. In bepaalde gevallen mag juist worden verwacht van artsen dat het beroepsgeheim wordt doorbroken. Met deze handreiking wil de KNMG houvast bieden aan artsen die met dilemma’s te maken krijgen rond het beroepsgeheim in relatie tot politie en justitie, zoals in geval van een patiënt die dreigt met een bom.
* Als de arts dit dreigement taxeert als een serieus risico, dan mag dat. Een eventuele doorbreking van het beroepsgeheim kan de arts dan rechtvaardigen met een beroep op een conflict van plichten.